SE en de Marker Wadden (inclusief excursie) Gepubliceerd op: 07 september 2016

markerwadden1Door: René Assen van Royal HaskoningDHV, Bert Flach van RWS en Jorrit de Groot van Boskalis 

 

Inleiding

Het project Marker Wadden is een samenwerking tussen Natuurmonumenten en Rijkswaterstaat. Het IPM-team bestaat uit medewerkers van beide organisatie, evenals het dagelijks bestuur van het project. Het project heeft tot doel om een eilandengroep te creëren waardoor het Markermeer verrijkt wordt met nieuwe milieus die ruimte bieden aan meer en meer verschillende vogels en andere dieren en planten. Met een aanneemsom van 33 miljoen euro is het een relatief groot natuurontwikkelingsproject.

Na het vaststellen van het bestemmingsplan in december 2013 zijn in 21 maanden een MER en vergunningaanvragen geschreven en de procedures doorlopen, parallel aan een aanbesteding met een dialoogfase. In september 2015 werd de opdracht gegund aan Boskalis en een half jaar later begon de realisatie. Dat is naar alle maatstaven erg snel.

Hoe is dat nu verlopen, en wat waren de succesfactoren? Wat was de rol van systems engineering hierin?

Veel ontwerpvrijheid en veel verantwoordelijkheid bij aannemer

Het project ligt in een gebied waar relatief weinig partijen actief gebruik van maken. Er wordt weinig gezeild, er is geen beroepsvaart en omdat het relatief diep is, met veel slib op de bodem, zijn er ook weinig ecologische waarden. In het voortraject is contact geweest met belanghebbenden, en die kennis is ook wel in eisen vertaald, maar de eisen zijn niet als zodanig bij de omgeving ‘opgehaald’ en er is geen gedetailleerde KES samengesteld.

Omdat er weinig specifieke belangen waren, waren er veel ontwerpvrijheden. Die heeft de opdrachtgever als volgt doorgegeven aan de aannemer: de aannemer kreeg als opgave in de EMVI mee, om zoveel mogelijk hectares eiland te maken voor de aanneemsom. Verder was aangegeven welke verschillende hoogteliggingen, en in welke maximale en minimale verhouding die gewenst werden.

Er waren eisen ten aanzien van de stabiliteit van de harde en zachte randen. Vooral de eisen voor de zachte randen vroegen de aandacht; ze moesten een 1/50 storm ruim kunnen doorstaan, en daarna nog voldoende zand in het profiel hebben om ook de volgende 1/50 storm te kunnen doorstaan. Heel sturend was het aantal ligplaatsen dat geaccommodeerd moest worden(bepaald door het bestemmingsplan), en hoogte en areaal van een hoog-watervrijgebied ten behoeve van voorzieningen. De aannemer moet de randen tot 10 jaar na opleveren onderhouden. Hij heeft dus ook belang bij goede oplossingen.

In de fase tot de start van de aanbesteding is geen ontwerp gemaakt. Er zijn artists impressions gemaakt, en er is geschetst ten behoeve van een raming, maar RWS en Natuurmonumenten hebben niet geprobeerd om zelf een ontwerpinvulling te geven aan de diverse eisen.

Relatie procedures en ontwerpeisen

Het vooroverleg over de vergunningen liep parallel met de dialoog in de aanbesteding. Dat maakte het mogelijk om concept-aanvragen mee te laten lezen door de aannemers. Dat heeft geleid tot aanpassingen in de materieel-inzet waarmee werd gerekend. Het was helaas niet meer mogelijk om het bestemmingsplan nog aan te passen. Dat was door de bolle vorm van het gebied voor delen van het ontwerp toch wel beperkend. Die bolle vorm was gekozen met de gedachte van een harde beschermende rand in het achterhoofd. Maar de aannemer koos voor zachte, zandige randen, en dan is een holle vorm logischer. Dus zelfs zonder concreet ontwerp kun je de opdrachtnemer toch ontwerpkeuzes ‘opdringen’.

Tijdens de dialoog

Er ging veel aandacht naar het EMVI-criterium Ruimtelijke Kwaliteit. Daar vielen veel punten te verdienen, en het is natuurlijk ook nog eens een ‘zacht’ criterium. Hoewel de eisen veel oplossingen open lieten, bleek in de gesprekken toch vaak dat de aannemer al een keus gemaakt had, en oplossingen presenteerde.

Na opdrachtverlening

Bij het verificatie en validatie proces zijn eisen, verificatiemethodes en ontwerpoplossingen parallel ontwikkeld. Daarmee is tijd gewonnen. De gesprekken werden opener, nu de ‘wedstrijd gewonnen was’, en de opdrachtgever kon ook sturender reageren op voorstellen van de aannemer. Opdrachtgever kon zijn voorkeuren nadrukkelijker uitspreken. Wat in het contract al werd geëist werd niet altijd weer in detail in de V&V matrix herhaald.

Diverse leerpunten:

 

Definitie validatie

Al vroeg in de bespreking van de verificatie en validatie bleek, dat aannemer en opdrachtgever elk een eigen idee had van het doel van validatie. De aannemer dacht meer in termen van een toets aan de eisen en het beoogd gebruik, terwijl de opdrachtgever juist keek naar klantwens. Uiteindelijk zijn tegelijk de klantwensen opgehaald en is gevalideerd of de aannemer de eisen goed heeft geïnterpreteerd. Het helpt als je dat benoemt.

Eis aan stabiliteit moerasgebied

Omdat Marker Wadden een natuurdoelstelling heeft, kijken we anders naar processen van erosie en sedimentatie. Dat is een beoogd resultaat, maar het leidt natuurlijk wel tot veranderingen in het eiland, en dat mag natuurlijk niet te gek worden. Er moet wel een eiland over blijven, en de haven mag niet dichtslibben. De eis aan erosie hebben we in de verificatie en validatie fase beoordeeld op systeemniveau. Daardoor konden allerlei specifieke eisen aan dammen en dieptes vermeden worden. Bij de havenmond is wel een gedetailleerde beschouwing van de zandtransporten gemaakt.

Aantonen dat het moeras uit klei en veen is opgebouwd

Opdrachtgever heeft in het contract een eis gesteld aan het maximale percentage zand in de bovenste meter van het moeras omdat op voorhand niet bekend was met welk bodemmaterieel de ON het moeras ging maken. Om deze eis te verifiëren stelde de Opdrachtnemer tijdens de validatie-gesprekken voor om 150-200 boringen in het moeras te plaatsen, hetgeen een forse inspanning is. Door het onderlinge vertrouwen, de openheid van gesprekken en het oog op elkaars belangen heeft de OG toegelicht dat het een vangnet-eis was met als doel te voorkomen dat de ON veel zand zou bijmengen. Bijvoorbeeld vanwege kosten of om aan de draagkrachteisen te voldoen. De werkwijze en de grondbalans van ON zijn echter zodanig dat er helemaal geen sprake is van zand in de toplaag het moeras waardoor er bij OG helemaal geen behoefte meer is aan 150-200 boringen ter staving van de eis. Hierdoor is een onnodige kapitaalvernietiging (aan de kant van ON) voorkomen.

Zelfs zonder ontwerp zijn je eisen niet altijd oplossingsvrij

In het bestemmingsplan -dus al vroeg in het proces- was uitgegaan van een bol ontwerp: met een ronde dam omvat je per meter dam immers het grootste areaal. De achtergrond was, impliciet, dat we ‘natuurlijk’ een harde dam nodig zouden hebben om het gebied voldoende te beschermen.

Toen de aannemer kwam met een grotendeels ‘zachte dam’ van zand, bleek dat de ronde vorm die het bestemmingsplan ons oplegde het moeilijk maakte om een zachte dam stabiel te maken. Die moet juist recht of hol zijn. Daardoor was het moeilijker om het aangewezen gebied optimaal te benutten.

Verifiëren op systeemniveau zorgt voor minder raakvlakken tussen objecten

Voor het systeem Marker wadden was gespecificeerd dat het moeras tot maximaal 5% van het oppervlak mag eroderen ten gevolge van een storm. Veel objecten van het systeem Marker Wadden hadden invloed op de mate van erosie van het moeras: de beschermende harde rand, de stranden aan de windzijde van het moeras, de zachte (onderwater) randen aan de luwtezijde van het moeras en de open plekken binnen het moeras die wind vrij spel geeft om golven op te wekken en zo erosie aan het moeras te veroorzaken. Bij het opstellen van het verificatieplan voor deze eis, ontstond binnen het team (zowel OG als ON) de discussie of we deze eis specifiek zouden afleiden voor elk object en ook op objectniveau gingen verifiëren (bijvoorbeeld erosie moeras ten gevolge van overslag of golfindringing via de overwashes van de harde rand mag leiden tot maximaal 2% oppervlakteverlies) of dat we deze eis op systeemniveau integraal zouden verifiëren. Vanuit onze strategie om zo zuinig mogelijk om te springen met de hoeveelheid afgeleide eisen om zo de complexiteit onder controle te houden hebben we ervoor gekozen om deze eis te verifiëren door een integrale morfologische beschouwing van de te verwachten erosie van het moeras te maken. De morfoloog binnen het ontwerpteam van de opdrachtnemer werd hiervoor verantwoordelijk gesteld. De verificatiemethode werd inhoudelijk afgestemd met de morfologisch expert uit het team van de opdrachtgever. Bij de doorontwikkeling van het ontwerp van de verschillende objecten werd steeds door de morfoloog beoordeeld of deze voldoende bescherming bleven bieden tegen erosie van het moeras. Dit leidde tot een uniforme aanpak van de verificatie van deze eis en voorkwam dat deze eis verschillende keren door verschillende mensen op verschillende manieren werd aangetoond. Dit leverde tijd en geld op. Aandachtspunt was wel dat de morfoloog binnen het ontwerpteam betrokken moest zijn bij de doorontwikkeling van elk van de objecten: de samenwerking voorop.

bron: SE-Nieuws #40, Rijkswaterstaat
markerwadden
 na 3 maanden baggeren komt het eerste land boven water

Op zaterdag 24 en zondag 25 september 2016 organiseert Natuurmonumenten eenmalig de Expeditie Marker Wadden. Tijdens dit evenement kunnen bezoekers voor het eerst een stap aan land zetten van dit nieuwste stukje Nederland. Het eerste eiland ligt dan grotendeels boven water. lees meer op: https://www.natuurmonumenten.nl/activiteiten/expeditie-marker-wadden/2016-09-24t1230 (De link doet het niet meer; de excusie is inmiddels geweest)